Stellantis, fabrikant van onder meer Citroën, Opel en Peugeot bestelauto’s, heeft de Britse regering opgeroepen met de Europese Unie te gaan onderhandelen over regelgeving die het maken van elektrische auto’s in het Verenigd Koninkrijk duur maakt. Zo duur, dat Stellantis op termijn denkt fabrieken te moeten gaan sluiten.
Stellantis heeft de afgelopen jaren veel geld geïnvesteerd in de fabrieken in Ellesmere Port en Luton. In Ellesmere Port wordt momenteel hard gewerkt om de assemblagelijn aan te passen voor productie van de elektrische Opel Combo, Peugeot Partner en Citroën Berlingo. In Luton wordt het segment van de Fiat Scudo, Opel Vivaro, Citroën Jumpy en Peugeot Expert gebouwd, maar dan wel met verbrandingsmotoren.
De Europese Unie heeft bepaald dat vanaf 2024 45 procent van de waarde van een elektrische auto van Britse of Europese herkomst moet zijn om tariefloos te kunnen worden geëxporteerd naar het vasteland. In 2027 stijgt dit percentage naar 65 procent. In het Verenigd Koninkrijk worden niet genoeg accu’s gemaakt om aan die percentages te voldoen. Stellantis hoopt nu de geplande verhoging te kunnen verschuiven door aan tafel te gaan met de EU. Stellantis roept de Britse regering tegelijk op om de productie van accu’s te versnellen.
