
Op het testcircuit Balocco van Fiat Professional maakte Bestelauto vorig jaar voor het eerst kennis met de nieuwe bestelauto’s van Stellantis. En dat zijn er veel, want Citroën, Fiat, Opel en Peugeot hebben elk drie vernieuwde modellen, en dan ook nog eens met verbrandingsmotoren en ook als e-bestellers. Bij de Opel-fabriek in Rüsselsheim kunnen we rijden met maar liefst 36 nieuwe bestelauto’s!
Goed voornemen, maar dat gaat natuurlijk nooit lukken. We luisteren even braaf naar Xavier Peugeot van Stellantis Pro One, die ons vertelt dat de bestelauto’s van Stellantis Pro One inmiddels goed zijn voor 1/3 van de omzet van het Stellantis concern. En dat Stellantis Pro One niet alleen staat voor de merken Citroën, Opel, Fiat, Peugeot en (voor de Britten) Vauxhall, maar ook uit de pijlers Product, Zero Exhaust Emission, Connected Services, Conversion/Upfit en Customer Experience. Het is maar dat u het weet. O ja, en dat die pijlers bij elkaar een 360 graden benadering betekenen die ervoor moet zorgen dat de bestelauto-eigenaar dan wel vlootbeheerder zo efficiënt mogelijk werkt.

Mooi gesproken meneer Peugeot, maar we willen nu echt naar buiten om te rijden, want er is veel nieuws om te beleven.
Bij het kleinste segment van Stellantis hebben we de keus uit vier modellen: de Citroën Berlingo, Fiat Doblò, de Opel Combo en de Peugeot Partner. We kiezen voor de Partner, en dan die met een elektrische aandrijflijn. De e-Partner dus. Die heeft een aansprekend front, met prominent het nieuwe Peugeot-logo. We vinden de Peugeot leuker ogen dan de Fiat en de Citroën. De Opel Combo, met zijn Intelli-Lux LED Matrix lampen, wint het wat ons betreft qua uiterlijk. Ook in het interieur hebben de auto’s eigen kenmerken. De Peugeot e-Partner heeft bijvoorbeeld een i-Cockpit, met een wat platter stuur, zodat je mooi op het instrumentenpaneel kijkt. Dat is geheel digitaal. Ook het nieuwe 10 inch infotainmentsysteem oogt fraai en is goed te bedienen.


De Berlingo-versie van deze auto heeft nieuwe Advanced Comfort-stoelen, maar ook in de Peugeot zit je prima. De e-Partner waar we in rijden heeft een elektromotor van 100 kW (136 pk) met maximaal koppel van 270 Nm. Het accupakket is 50 kWh groot en daarmee moeten we 343 km (WLTP) ver kunnen komen. Dat is wel 100 km verder dan we eerder met een Stellantis-besteller in onze Bestelauto multitest reden. De gestegen actieradius wordt mede veroorzaakt door een optioneel gemonteerde warmtepomp. Ook handig is dat je nu zelf de mate van regenereren kunt regelen met flippers achter het stuur. De nieuwe Stellantis modellen zitten vol met (verplichte) ADAS-systemen. Een daarvan is de Intelligent Speed Assist, die met verkeersbordherkenning aan je vraagt of de ingestelde snelheid van de cruise-control moet worden aangepast. Slim hoor! We zien op een Citroën Berlingo ook nog het Smartphone Connect-systeem. Dat is eigenlijk multimedia voor beginners. Met de speciale merkapp (My Citroën bijv.) kan de auto worden verbonden met je smartphone, voor bijvoorbeeld radio, navigatie, maar ook planningsopdrachten. En er is de mogelijkheid om apps toe te voegen. En zo kun je van je smartphone een mini-multimedia- dan wel fleetmanagementsysteem maken.
We hebben de e-Partner geparkeerd en stappen over in een maatje groter. We kiezen voor een Fiat en dus is het de Scudo. De E-Scudo in dit geval en weer zijn we geheel elektrisch en emissievrij onderweg. De Fiat ziet er aan de voorkant vrij minimalistisch uit, met een kleine grille en groot het merklogo FIAT daaronder.



In het interieur zien we wat nieuwe details, met onder meer een nieuw stuurwiel met wat extra spaken onderin. Daar kun je fijn je handen inleggen op lange ritten. Ook hier louter digitale schermen (2x 10 inch groot) met veel informatie. Er is, hoe fijn, een draadloze lader voor de telefoon mogelijk. De ADAS-systemen willen je graag waarschuwen als je ergens iets overschrijdt, hetzij de snelheid of een lijntje. Dat gaat in de Stellantis auto’s gelukkig met beschaafde geluiden, waar je niet de hele tijd van schrikt of je aan irriteert. In de E-Scudo zit ook een 100 kW (136 pk) sterke elektromotor, maar met een 75 kWh groot accupakket. Dat moet in de praktijk leiden tot 336 km aan rijbereik, bij een gemiddeld verbruik van 24,2 kWh per 100 km. Deze E-Scudo, natuurlijk ook verkrijgbaar als Opel Vivaro-e, Citroën ë-Jumpy en Peugeot e-Expert, weegt van zichzelf 2020 kg en dat betekent dat er inclusief chauffeur nog 1001 kg mee mag aan lading.
Dan stappen we weer over naar een nieuw model, en dan gaan we nu voor de Citroën ë-Jumper. De grootste bestelauto van Stellantis, natuurlijk ook als Fiat E-Ducato, Peugeot e-Boxer en Opel Movano-e. De ë-Jumper heeft een elektromotor van 200 kW (270 pk) en een accupakket van 110 kWh, goed voor een actieradius van 378 km. Dat is maar liefst 110 km verder dan het vorige model van deze bestelauto. Ook de elektromotor heeft flink aan vermogen gewonnen, bijna 150 pk meer dan bij de vorige generatie. De Citroën ziet er bij dit model best aardig uit, net als de Peugeot. De Fiat (e)Ducato wint wat ons betreft de schoonheidsprijs. De auto’s kunnen qua uiterlijk wel weer even mee, maar vergeet niet dat dit voertuigconcept stamt uit 2006, en dat de laadruimte zelfs nog ouder is. Dat neemt niet weg dat er in de ë-Jumper allemaal slimmigheidjes zitten. De digitale schermen zijn zeer welkom, maar ook het uit de leuning van de bijrijdersbank neerklapbare Mobile Office, met bekerhouders en een klein bureautje. Slim maar ook veilig is de digitale binnenspiegel. Dat is geen spiegel maar een beeldscherm, dat laat zien wat zich achter de auto bevindt. Zeker handig als je rijdt met een grote auto als de ë-Jumper, met een gesloten tussenschot. Een tweede camera aan de rechterbuitenspiegel biedt goed zicht op de dodehoek. Aan te raden is ook het Drive Assist Pack. Dit pakket rijhulpsystemen omvat adaptieve cruisecontrol met stop & go, Lane Centring Assistance en file-assistentie. Bij snelheden tot 30 km/u, bijvoorbeeld in een file, kan het systeem autonoom sturen, remmen en accelereren.





We hebben één merk nog niet gehad, en dat is Opel. We rijden als laatste de Opel Movano, maar dan met een dieselmotor. Want ja, je zou het bijna vergeten, maar al deze bestelauto’s zijn ook nog te bestellen met een verbrandingsmotor, met benzine dan wel diesel. De Movano en de andere grote bestelauto’s van Stellantis hebben een nieuwe dieselmotor gekregen. Deze 2,2-liter dieselmotor is leverbaar in drie vermogensvarianten: 88, 103 en 132 kW (120 pk, 140 pk en 180 pk), in combinatie met een nieuwe handgeschakelde zesversnellingsbak. Voor het eerst is in de BlueHDi 140 en 180 een automatische transmissie met acht versnellingen leverbaar. De dieselversies van bijvoorbeeld de Movano mogen tot wel 1400 kg aan lading meenemen, toch weer wat meer dan de elektrisch aangedreven versies. Elke ondernemer moet voor zichzelf beslissen of je een elektrische bestelauto nodig hebt. Laat je niet gek maken over zero-emissiezones, want je beslist zelf of je daar wil gaan rijden en werken.

Sommig ondernemers kunnen maar niet wennen aan het idee van een elektrische bestelauto. Dan moet je gaan stekkeren en je hebt een beperkte actieradius en laadvermogen. Stellantis komt hen tegemoet met de middelgrote bestelauto’s met een brandstofcel, maar nu worden ook de grotere bestelauto’s (Ducato etc.) uitgevoerd met een brandstofcel en waterstoftanks. De vier waterstoftanks zijn goed voor 500 km aan actieradius. Zijn ze leeg, dan kun je ze in vijf minuten weer vol tanken. De Hydrogen-versies van Stellantis grote bestellers mogen 1,3 ton aan lading meenemen en ze hebben een laadvolume tot 17 m3. Het is in ieder geval een mooi alternatief naast EV en verbrandingsmotor. De Hydrogen-busjes komen nog dit jaar naar Nederland en België.
Na een lange dag parkeren we de Stellantis bestelauto’s weer. Maar wat we al dachten is gebeurd: het zijn zoveel auto’s dat we nooit aan allemaal aandacht konden besteden. Wat moeten klanten dan wel niet denken van zoveel aanbod? Is er geen sprake van overkill? Moet je niet bepaalde merken toewijzen aan bepaalde landen, zoals Opel aan Duitsland, Citroën en Peugeot aan Frankrijk en Fiat aan Italië? Dat moet een hoop productie en CO2-uitstoot kunnen schelen, maar de Stellantis merken lijken dan wel een eenheid, ze verdedigen allemaal flink hun eigen hachje. En iets daarvan opgeven ten gunste van de zustermerken staat niet in hun woordenboek. Topman Jean-Philippe Imparato zei eerder al tegen Bestelauto niets van imkrimping te willen weten. “Zeker niet. Stellantis is trots op haar merken en modellen. Ieder merk heeft zijn eigen groep trouwe klanten, die klanten houden weer van hun modellen, van hun eigen auto. Bovendien hebben ze een relatie, soms al jarenlang, met onze dealers. Die relaties, klant-auto en klant-dealer, dat kunnen we niet zomaar schrappen. Daar het mes in zetten, dat kan echt niet.”















